Azerbeidzjaanse machtsovername in Nagorno-Karabach compleet

Afgelopen zondag hees de Azerbeidzjaanse president Alijev de Azerbeidzjaanse vlag in de hoofdstad van Nagorno-Karabach. Hoewel de Armeense enclave pas op 1 januari 2024 officieel wordt opgeheven, maakt Azerbeidzjan met het hijsen van de vlag duidelijk dat Nagorno-Karabach nu echt van hen is.

Alijev hijst de Azerbeidzjaanse vlag in Stepanakert

President Alijev hijst de Azerbeidzjaanse vlag in Stepanakert. Afbeelding: website President of the Republic of Azerbaijan

Op zondag 15 oktober bracht president van Azerbeidzjan Ilham Alijev een bezoek aan Stepanakert (Azerbeidzjaans: Chankendi), de hoofdstad van Nagorno-Karabach. De datum was niet toevallig gekozen: precies twintig jaar eerder nam Alijev het presidentschap over van zijn vader. Tijdens zijn bezoek hees hij de vlag en hield hij een toespraak over de betekenis van de Azerbeidzjaanse inname van het gebied. Na afloop bezocht de president andere plaatsen in de regio, zoals de stad Chojavend en het fort van Asgaran. 

Na een langlopend conflict over de Armeense enclave riep Alijev op 21 september de overwinning uit. Op 19 september had het Azerbeidzjaanse ministerie van Defensie al het begin van een ‘antiterroristische operatie’ aangekondigd waarbij volledige overgave van etnisch Armeense troepen en de ontmanteling van het Armeense bestuur van Nagorno-Karabach werd geëist. Hieraan ging een negen maanden durende blokkade van de Lachin corridor door Azerbeidzjan vooraf, de enige toegangsweg van Armenië naar Nagorno-Karabach. Nu, bijna een maand later, is met het symbolisch hijsen van de vlag de Azerbeidzjaanse machtsovername compleet. 

Armeense exodus

Sinds september zijn er volgens de Armeense regering ongeveer honderdduizend inwoners van Nagorno-Karabach naar Armenië gevlucht. Zij vreesden onderdrukking en etnische vervolging na de machtsovername door Azerbeidzjan. Volgens Artak Beglarjan, de voormalig ombudsman van de niet-erkende republiek, zijn er slechts enkele honderden Armeniërs achtergebleven. De meeste van hen zijn ambtenaren en medewerkers van hulpdiensten. Armenië noemt de geforceerde uitstroom van de inwoners van Nagorno-Karabach een ‘daad van etnische zuivering’ en heeft het Internationaal Gerechtshof gevraagd om maatregelen te nemen om de rechten van etnische Armeniërs in Nagorno-Karabach te beschermen. 

Het Azerbeidzjaanse Ministerie van Buitenlandse Zaken beschouwt de uittocht echter als een 'persoonlijke en individuele beslissing die niets met gedwongen migratie te maken heeft.' Ook stelde president Alijev in een speech die hij gaf op 22 september dat hij ervan was overtuigd 'dat het proces van integratie van de Armeense bevolking van Karabach in de Azerbeidzjaanse samenleving succesvol zal zijn.' 

Oud-presidenten gearresteerd

Volgens de Azerbeidzjaanse autoriteiten is Nagorno-Karabach sinds eind september compleet ontwapend en ontbonden. Kolonel Anar Eyvazov, woordvoerder van het Azerbeidzjaanse leger, stelde dat er geen 'illegale Armeense gewapende strijdkrachten' meer in het gebied aanwezig zijn. Ook zijn militaire bases volgens hem weer in Azerbeidzjaanse handen. Op 2 oktober vond er volgens het Russische Ministerie van Defensie echter nog een schietpartij plaats in Stepanakert waarbij een Russisch-Azerbeidzjaanse patrouille werd beschoten. Bij de aanval raakte niemand gewond. Diezelfde dag kwam volgens het Armeense Ministerie van Defensie een Armeense militair om het leven toen er een Armeens legervoertuig beschoten werd door het Azerbeidzjaanse leger. 

Op 3 oktober werden drie voormalig presidenten van Nagorno-Karabach door Azerbeidzjaanse autoriteiten gearresteerd: Arajik Haroetjoenian, Arkadi Gukasian en Bako Sahakjan. Ze worden verantwoordelijk geacht voor het afvuren van raketten op de Azerbeidzjaanse stad Ganja tijdens de oorlog van 2020. Een vierde voormalig president, Ruben Vardanjan, werd al eerder opgepakt. 

Het Armeense Ministerie van Buitenlandse Zaken heeft de arrestaties van de voormalig leiders van de enclave sterk veroordeeld en aangegeven 'alle mogelijke stappen te ondernemen om hun rechten te beschermen, inclusief in internationale rechtbanken.' De regering van Azerbeidzjan verklaarde ‘herintegratie’ gesprekken te voeren met de oud-presidenten. Ondertussen kondigde ze echter ook strafrechtelijk onderzoek naar meer dan 300 functionarissen uit Nagorno-Karabach aan.

Terugkeer van Azerbeidzjanen

Op 28 september werd duidelijk dat de niet-erkende Republiek Nagorno-Karabach op 1 januari 2024 ophoudt te bestaan. Deze beslissing was onderdeel van een staakt-het-vuren, dat werd getekend door de voormalig president van de enclave, Samvel Sjahramanjan. Bakoe bereidt de terugkeer voor van Azerbejdzjanen, die de regio tijdens de Eerste Karabach Oorlog tussen 1988 en 1994 massaal zijn ontvlucht. 

De overheid is al druk bezig met de integratie van Karabach in Azerbeidzjan. Zo wordt het water-, elektriciteits- en telecommunicatienetwerk aangesloten op de rest van Azerbeidzjan en zal de manat, de nationale valuta, worden ingevoerd. In de steden die Azerbeidzjan tijdens de oorlog van 2020 heeft ingenomen is de terugkeer van Azerbeidzjanen al begonnen. Naar de stad Fuzuli - die tijdens de eerste Karabachoorlog in Armeense handen kwam en in 2020 door de Azerbeidzjanen werd herroverd - zijn al bijna duizend Azerbeidzjanen teruggekeerd. Voor hen zijn nieuwe appartementen, scholen en andere faciliteiten gebouwd. Dinsdag stelde Alijev dat hij er zeker van was dat de Karabach regio een ‘drijvende kracht’ in de Azerbeidzjaanse economie zal worden. 

Voor de zeer weinige Armeniërs die in het gebied achterblijven is de toekomst onzeker. Hoewel Alijev herhaaldelijk heeft gezegd dat Armeniërs de kans zullen krijgen om te integreren in een Azerbeidzjaans Karabach, moet nog blijken of dit daadwerkelijk zo is. 

Wekelijkse update?

Iedere donderdag uitgelichte artikelen in uw mailbox

Eerst doorlezen? U kunt zich ook later aanmelden via de home pagina.

Als u in uw browser de cookies blokkeert, ziet u deze popup steeds weer. Daarvoor excuus.