Europees wonderkind Estland worstelt met economische en politieke malaise

De Estse regering van premier Kaja Kallas is ongekend impopulair. De burgers zijn ontevreden vanwege de recessie en belastingverhogingen, de politiek wordt geplaagd door populisme en polarisatie. En dat tegen de achtergrond van de oorlog in Oekraïne en een grote Russische minderheid, die maar deels in Estland is geïntegreerd. Jeroen Bult vroeg Estlands bekendste sociologe Marju Lauristin hoe ernstig zij de toestand inschat.

Sociologe Marju Lauristin

Door Jeroen Bult

Somberheid overheerst in Estland en dat ligt niet alleen aan het eindeloos grauwe weer. De economie is dit jaar voor het derde kwartaal op rij gekrompen (met 2,5 procent, vergeleken met hetzelfde kwartaal in 2022) en begint tekenen van stagflatie te vertonen. De politiek is diep verdeeld over de aanpak van de recessie en lijkt in de ban te zijn van polarisatie. De verkiezingen van afgelopen maart resulteerden in de formatie van een centrum-regering, bestaande uit het liberale Reformierakond (de Hervormingspartij van zittend premier Kallas), de grote winnaar, het progressief-liberale Eesti 200 en de sociaal-democratische SDE. Kort na haar aantreden kwam de regering met belastingverhogingen. Tot ergernis van burgers en bedrijfsleven, want die verhogingen stonden niet in de verkiezingsprogramma’s vermeld.

Meer in het algemeen dringt zich de vraag op, of de E-Stonia-formule, Estland als onbetwiste mondiale koploper op het gebied van digitalisering, niet wat sleets is geworden. Moet de e-tiiger (tijger) zichzelf opnieuw uitvinden? En dan speelt op de achtergrond natuurlijk ook nog de oorlog in Oekraïne – de invasie deed in februari 2022 alle alarmbellen rinkelen in Estland (en in de Baltische buurrepublieken). Hoe zou de omvangrijke Russische minderheid binnen de eigen landsgrenzen reageren op Poetins bloedige veldtocht? Zal Rusland nu ook proberen in te springen op de malaisestemming die Estland in haar greep heeft?

Raam op Rusland ging op bezoek bij de belangrijkste duider van de politieke, economische en sociale ontwikkelingen in Estland: Marju Lauristin. De emeritus-hoogleraar sociologie is, ondanks haar gevorderde leeftijd, drukker dan ooit. ‘De beste president die Estland nooit heeft gehad’ wil optimistisch blijven, zo blijkt tijdens het gesprek in haar geliefde woonplaats Tartu, ‘het Oxford van Estland’.

De huidige regering van Estland, geleid door Kaja Kallas, is ongekend impopulair. Belastingverhogingen op een moment dat de eerste levensbehoeften toch al erg duur zijn, een haperende economie. burgers en ondernemers klagen steen en been. En op dit moment staken de leraren, ongekend in Estland. Voert de regering echt zo’n slecht beleid? Misschien zou je ook kunnen stellen dat zij, met het oog op de oorlog in Oekraïne, juist om inkomsten verlegen zit. Estland heeft de defensie-uitgaven flink moeten opvoeren.

'Dat laatste is correct. Daar komt bij dat Estland als gevolg van de welvaartsgroei van voorgaande jaren een netto-betaler aan de Europese Unie zal worden, helemaal als Oekraïne toetreedt. Het aandeel van de Europese sociale fondsen in de begroting zal onherroepelijk dalen. Verder zal er meer geld moeten naar het verbeteren van de infrastructuur en naar het verhogen van de lerarensalarissen [Estland kampt met een lerarentekort en probeert Estse docenten aan te trekken voor de Russische scholen die moeten overschakelen op het Ests, J.B.].

'Kallas is erg op de buitenlandse politiek gericht'


Het is echter vooral de Hervormingspartij die hier een probleem vormt. Zij heeft haar eigen aanhang jarenlang te veel verwend – ik zou dat zelfs ‘neoliberaal populisme’ willen noemen. De partij kijkt niet verder dan de belangen van die, veelal hoofdstedelijke, achterban. Haar PR, naar de rest van Estland toe, is waardeloos. De jongedame die nu premier is, doet het op zich best goed, maar ze komt zelf uit een nest in het gefortuneerde Viimsi, vlakbij Tallinn. Kallas is voorts erg op de buitenlandse politiek gericht.'

Screen Shot 11 14 23 at 06.16 PMPremier Kaja Kallas met haar echtgenoot. Foto Jürgen Randma/Government Office

Kallas wordt tevens achtervolgd door een schandaal. Het transportbedrijf, waarvan haar echtgenoot mede-eigenaar was, was gewoon zaken blijven doen met Rusland. Vrij pijnlijk voor een premier die in Brussel onophoudelijk en vol passie heeft gepleit voor harde strafmaatregelen tegen deze agressor. Had ze moeten aftreden?

'Dat schandaal is meer een kwestie van slechte communicatie door de Hervormingspartij en door Kallas zelf geweest. Er zijn vooral boze reacties uit de transportsector zelf gekomen. Begrijpelijk, want die heeft grote inspanningen moeten doen om zich van Rusland te ontkoppelen. Van aftreden zie ik het niet komen, de Hervormingspartij blijft aan haar vasthouden. Wel tast dit, denk ik, Kallas’ kansen aan om volgend jaar de nieuwe secretaris-generaal van de NAVO te worden.'

Sociologe, activiste, minister

Marju Lauristin werd in 1940 geboren te Tallinn. Zij studeerde sociologie en journalistiek aan de Universiteit van Tartu. Na eerst te hebben gewerkt bij Eesti Raadio, ging zij in 1970 aan de slag als onderzoeker bij diezelfde universiteit. Zij is tot op de dag van vandaag verbonden aan Tartu Ülikool, van 1995 tot 2005 als hoogleraar en sinds 2005 als emeritus-hoogleraar. Eind jaren tachtig was Lauristin een bekend gezicht van Rahvarinne, het Estse Volksfront, dat zich inzette voor een grotere autonomie binnen de Sovjet-Unie en later voor het herstel van de nationale onafhankelijkheid van Estland.

Ook was zij een van Estlands vertegenwoordigers in het Congres van Afgevaardigden in Moskou, in welke hoedanigheid zij en de andere Baltische gedelegeerden in 1989 aandrongen op het openbaar maken van de geheime protocollen van het beruchte Molotov-Ribbentroppact.

Lauristin diende van 1992 tot 1994, namens de sociaaldemocraten, als minister van Sociale Zaken, een taak die haar naar eigen zeggen zwaar viel. Zij was dan ook niet rouwig om haar terugkeer naar de wetenschap (wat haar er niet van weerhield om van 2014 tot 2017 zitting te nemen in het Europees Parlement). Marju Lauristin heeft een indrukwekkende stapel rapporten en analyses vervaardigd, waarin meestal de positie van de Russische minderheid in Estland centraal staat.

 

Rechtse oppositie

Tel daar een rechtse oppositie, bestaande uit het rechtspopulistische EKRE en het conservatief-nationalistische Isamaa (Vaderland), bij op die geobsedeerd lijkt te zijn door maximale tegenwerking, en er ontstaat een beeld van politieke verlamming. Kunt u zich vinden in dat beeld?

'Niet helemaal. Het is eerder zo dat het rechtse oppositieblok uit elkaar valt. Vaderland zit in de peilingen behoorlijk in de lift en EKRE groeit niet meer. Die partij staat nu alleen – ze wil de begroting voor volgend jaar blokkeren, ook in de hoop zo nieuwe verkiezingen te kunnen forceren. Maar zo’n blokkade zou juist voor de aanhang van EKRE, vaak lageropgeleide mensen op het platteland, een ramp zijn, omdat het de publieke diensten (verder) zou aantasten. Je ziet al dat de nieuwe leider van Isamaa, Urmas Reinsalu, zich van EKRE distantieert. Afijn, ik hoop dat die obstructiekoers nu voorbij zal zijn.'

Estland pronkt graag met het imago van E-Stonia: een mondiale koploper op het gebied van ICT en digitalisering. De combinatie met radicale markthervormingen, die in gang werden gezet door de eerste regering-Laar (1992-1994), waarin u diende als minister Sociale Zaken, vormde de sleutel tot het Estse economische succes. Maar (ICT-) ondernemers klagen al jaren dat de rek eruit is. De avontuurlijke pioniersgeest lijkt te zijn verdwenen. Moet durfal E-Stonia zichzelf opnieuw uitvinden?

'Het probeert zichzelf al opnieuw uit te vinden! Een interessante vraag is, of Estland zich meer op AI, kunstmatige intelligentie, moet gaan richten. Een deel van de smart enterprises doet dat al. Een probleem in Estland is het tekort aan arbeidskrachten, evenals de vergrijzing. We zouden AI dus ook kunnen toepassen op het onderwijs en op het aantrekkelijker maken van de digitalisering voor ouderen, die daar vaak nog moeite mee hebben. Vergeet ook niet dat ICT en digitalisering voor ons, na 1991, de kortste weg naar het Westen waren. De media zetten alles veel te negatief neer, als je met jonge mensen praat over "het gebrek aan vernieuwing", krijg je een ander, minder negatief beeld.'

'Alles draait om opiniepeilingen en niet om visie'

In 2021, kort voor de dertigste verjaardag van het herstel van Estlands nationale onafhankelijkheid, kwam u al met een weinig opbeurende analyse van de staat van de politiek. Het politieke systeem zou veel meer in overeenstemming moeten worden gebracht met de complexe eigentijdse uitdagingen en de digitalisering. U schreef dat de politieke partijen, ook door iedere vorm van intern debat in de kiem te smoren, zich veel teveel richten op de korte termijn en veel te strak willen regisseren. Ziet u uw gelijk nu bevestigd?

'Ja. Het probleem is dat in de Estse politiek het algemeen belang uit zicht verdwijnt, dat alles draait om opiniepeilingen en -onderzoeken en niet om visie. Maar hier bestaat' een "cultuur van nabijheid"; politici zijn benaderbaar, je komt ze op straat tegen, en zijn vaak zelfs familie. Er bestaat geen echte elite, politieke geslotenheid wordt arrogant bevonden. Een probleem is ook de trek naar Tallinn, de groei van de kloof met de rest van het land. Voor veel Esten is dat een onacceptabel fenomeen, zij blijven een klein boerenvolk.'

Helme Martin.IMG 3617De leider van de ultrarechtse partij EKRE, Martin Helme

Opluchting in Europa na het bekend worden van de uitslag van de verkiezingen in Polen: het autoritaire, aartsconservatieve PiS zal zeer waarschijnlijk in de oppositie belanden. In Estland zijn het juist EKRE en Vaderland die in de peilingen op winst staan. Volgens Martin Helme, de voorman van EKRE, steken steeds meer Esten ‘de grens tussen het liberale en het conservatieve kamp’ over, in de richting van de tweede. De volgende parlementsverkiezingen nog ver weg, maar dreigt Estland net zo’n gepolariseerd land te worden als Polen?

'EKRE heeft zelf alles gedaan om die polarisatie te voeden en het publieke vertrouwen in de politiek te ondermijnen. Heel gevaarlijk. Iedereen ‘haat Estland’ volgens die partij: de Hervormingspartij, de SDE en tegenwoordig ook Vaderland. Het roept herinneringen op aan Orbán in Hongarije: een nuttige idioot voor Moskou. Waar het vooral om gaat, is dat die EKRE-retoriek lager opgeleiden aanspreekt. Zeker nu het economisch minder gaat, voelen bepaalde mensen zich slachtoffer. We moeten hun uitleggen dat diezelfde retoriek, het bewust zaaien van verdeeldheid door EKRE, niets zal oplossen. Trouwens, "de tegenstelling tussen liberaal en conservatief" is ook een trend. En trends gaan voorbij…'

De Russische factor

Zal Rusland, dol op crises en polarisering in buurlanden als het nu eenmaal is, proberen profijt te trekken van de politiek-economische depressie die somberend Estland momenteel in haar greep houdt?

'Dat doet het al. In één ding is Rusland namelijk bijzonder goed: infiltratie, spionage en dergelijke, al sinds de negentiende eeuw. Dat weet ik ook uit eigen ervaring. Toen ik in Moskou mijn proefschrift verdedigde, was mijn opponent een professor van een communistisch instituut. Deze hoogleraar communicatie was tevens een KGB-kolonel. Het instituut in kwestie leidde, in de Sovjet-tijd en daarna, ook buitenlanders op, bijvoorbeeld uit Afrika, en bleek later ook betrokken te zijn bij allerlei operaties in het buitenland. Zo is de huidige "president" van Abchazië afkomstig van dat instituut. Anderzijds: Estlands economische afhankelijkheid van Rusland is sterk afgenomen. Dat maakt ons toch minder kwetsbaar.'

Russische minderheid in Estland

De laatste volkstelling, die van 2021, wees uit dat 23,6 procent van de toen 1.331.824 inwoners van Estland een Russische achtergrond heeft (315.252 personen). Het percentage permanente ingezetenen zonder enigerlei vorm van staatsburgerschap, de houders van een zogeheten ‘vreemdelingenpaspoort’, bedroeg in 2021 5,0 procent van de totale bevolking (66.592 personen). Het percentage permanente ingezetenen met het Russische staatsburgerschap bedroeg 6,1 procent van de totale bevolking (81.695 personen). Na het begin van de oorlog in Oekraïne is de animo onder de houders van een Russisch paspoort om zich tot Est te laten naturaliseren, gestegen; in 2022 zouden 726 verzoeken worden ingediend, tegen 291 in 2021.

 

De meeste personen met een Russische achtergrond treft men in de steden aan: in Tallinn (34,2 procent in 2021), in de steden in de noordoostelijke provincie Ida-Virumaa – Narva (87,0 procent), Sillamäe (86,6 procent) en Kohtla-Järve (73,6 procent) – en in Paldiski, waar in de Sovjet-tijd een onderzeebootbasis gevestigd was (51,8 procent).

 

Het parlement van het naburige Letland keurde in september 2022 een wetsamendement goed dat bepaalt dat houders van een Russisch paspoort, per september 2023, enkel nog in aanmerking komen voor verlenging van hun verblijfsvergunning, indien zij kunnen aantonen dat zij met goed gevolg een taalexamen hebben afgelegd. Weigeraars kunnen in beginsel worden uitgezet. Het zou gaan om zo’n 3.600 mensen. Inmiddels heeft het parlement deze groep twee jaar respijt gegeven. Estland heeft geen vergelijkbare stappen gezet. Wel heeft minister van Binnenlandse Zaken Läänemets gewaarschuwd dat stateloze ingezetenen van Estland hun verblijfsvergunning kunnen verliezen, als zij gebruik maken van een aanpassing van de Wet op het Staatsburgerschap van de Russische Federatie die in oktober in werking trad. Die maakt het voor mensen met een Russische achtergrond in aangrenzende landen eenvoudiger om Rus te worden.

 

Dat brengt ons onvermijdelijk op de Russische minderheid in Estland. U heeft veel onderzoek verricht naar de integratie van deze bevolkingsgroep. Hoe wordt die geraakt door de huidige ontwikkelingen?

'Spreek nooit over "de Russen" als één groep! Binnen die groep bestaan ook flinke tegenstellingen, polarisatie, zo u wilt. Sociaal-economische (arm versus miljonairs met een Russische achtergrond) en politieke. Een deel is behoorlijk anti-Poetin, een ander deel steunt diens oorlog heimelijk. En dan is er nog een categorie die daar ergens tussenin zweeft, die schakelt, afhankelijk van de gebeurtenissen. Sociologen hier gebruiken al de term "Russischtalige Estse patriotten" voor de mensen die inmiddels volkomen gericht zijn op het leven in Estland. Onder hen bevinden zich veel jongere mensen – die ik ook weleens aanduid als "de nieuwe Esten". Maar voor de populisten is alles natuurlijk veel meer zwart-wit.

Feit is dat de oorlog in Oekraïne van grote invloed is op deze minderheid. Mensen worden gedwongen fundamentele keuzes te maken. Trouwens, heeft Poetin zelf niet gezegd dat Rusland in oorlog met het Westen is? Uit onderzoek is gebleken dat veel van hen meer vertrouwen hebben gekregen in de Russischtalige Estse media, zoals tv-zender ETV+ en Raadio 4. Nog maar een kwart wendt zich tot de Russische media, meestal oudere mensen die toch al in hun eigen wereld leefden.'

'Spreek nooit over de Russen als één groep!'

De situatie van de, grote, Russische minderheid in het noordoosten van Estland, in de provincie Ida-Virumaa, is extra precair. Het gebied kampt met taaie sociaal-economische problemen, naweeën van het verdwijnen van de Sovjet-industrie. De economische interactie met het Russische achterland, niet onbelangrijk voor Ida-Virumaa, is door de EU-sancties stil komen te liggen en Rusland heeft de grens gesloten. Heeft politiek-Tallinn de provincie te lang verwaarloosd? Wat moet zij doen om haar aantrekkelijk te maken voor investeerders?

'Het feitelijk sluiten van de grens door Rusland is een probleem en een impuls ineen: Narva en Ida-Virumaa moeten serieus naar economische alternatieven gaan zoeken. Door het instorten van de oude Sovjet-industrie, inclusief de militaire, en het naderen van het einde van de mijnbouw [de winning van olieschalie, J.B.] moet het gebied sowieso op zoek naar een nieuwe rol. Er is geen weg meer terug. Wat niet wegneemt dat het moeilijk zal worden de vroegere werknemers in de industrie om te scholen.

Er zijn echter ook lichtpuntjes. Ida-Virumaa kan rekenen op een relatief riante ondersteuning door het Europese Green Transition Fund. Het toerisme, en dan vooral het meer avontuurlijke toerisme, zit in de lift. En jongeren zijn geïnteresseerd in het opzetten van eigen, dienstverlenende bedrijfjes. Zij zijn pragmatischer. Degenen die een bedrijf hebben dat nog zaken deed over de grens zullen de blik nu ook volledig op het Westen gaan richten.'

Tank NarvaDe Russische tank bij de grensplaats Narva werd vorig jaar weggetakeld. Foto Flickr

De positie van de Russische minderheid is als gevolg van Ruslands invasie in Oekraïne hoe dan ook onder druk komen te staan. Monumenten uit de Sovjet-tijd zijn weggehaald. De ‘veresting’ van de Russische scholen, wordt opgevoerd. Het Russisch dreigt nu zelfs van de verpakkingen van supermarktproducten te verdwijnen. Zijn zulke maatregelen echt bevorderlijk voor de integratie van de Russen?

'Kijk, wat betreft de onderwijshervorming die u noemt, is er twintig jaar lang te weinig gebeurd. De hervorming is gewoon veel te traag verlopen – voor het overschakelen op onderwijs in het Ests op de Russische scholen werd eerst het jaar 2000 aangehouden en toen werd het 2007. Er zijn nog altijd verhoudingsgewijs weinig Russen die van het gymnasium doorstromen naar de universiteit, tien tot vijftien procent tegen vijftig procent van de Esten. Om hun kansen op de arbeidsmarkt te verbeteren, in een dienstensamenleving, moet dit veranderen. Een deel van de docenten op de Russische scholen is nog opgeleid in de Sovjet-tijd. Het ware probleem is het gebrek aan leraren op die scholen die goed Ests spreken, niet de houding, de mentaliteit van de Russen.

En wat betreft de Sovjet-monumenten: die hadden dertig jaar geleden al moeten worden afgevoerd. Na 2007 [het jaar dat in Tallinn het Sovjet-standbeeld van de Bronzen Soldaat werd weggehaald en er vervolgens rellen uitbraken, J.B.] raakte de monumentenproblematiek wat uit zicht, in 2022 was die plotseling weer terug. Maar neem nu de Sovjet-tank bij Narva die vorig jaar is weggetakeld. Sommige mensen kusten dat ding. Het was een soort fetisjisme, echt gestoord.'

U was eind jaren tachtig een van de leidende personen binnen het Volksfront ter ondersteuning van Mikhail Gorbatsjovs perestrojka en glasnost dat stilaan zou aankoersen op het herstel van de nationale onafhankelijkheid. Mist u het optimisme en de saamhorigheid van die tijd weleens?

'Absoluut niet. Als socioloog ben ik nooit dol geweest op die manier van denken. Esten zijn van nature sceptische mensen. Nostalgisch zijn over 1988-1989 is dwaas.'

Wekelijkse update?

Iedere donderdag uitgelichte artikelen in uw mailbox

Eerst doorlezen? U kunt zich ook later aanmelden via de home pagina.

Als u in uw browser de cookies blokkeert, ziet u deze popup steeds weer. Daarvoor excuus.