Een grimmige verjaardag. Oorlogsdagboek 9

Op de dag dat de oorlog een jaar geleden uitbrak was voormalig ambassadeur Robert Serry weer in Oekraïne. Hij voelt hoop en strijdvaardigheid onder de Oekraïners. 'De eend smaakt heerlijk vandaag', was een van de vele toasten. Maar heeft het Westen wel een strategisch plan of gokt het op de tijd? Robert Serry is bang voor een patstelling.

Serry1
In de Opera van Kyiv. Foto Robert Serry.

Door Robert Serry

Op 24 februari – de dag waarop een jaar geleden de oorlog begon – haalde ik mijn schoonouders op om samen in het operagebouw van Kyiv een speciale galavoorstelling bij te wonen. Voor schoonmoeder Izolde, die slecht ter been is, was het de eerste keer sinds een maand dat ze haar flat op de dertiende verdieping durfde te verlaten. Je zult maar vast komen te zitten in de lift als de stroom uitvalt, hoe komt ze weer naar boven als ze de trap moet nemen? Maar al enkele dagen valt de stroom in Kyiv zelden meer uit en we besloten het risico te nemen.

Ondanks de oorlog zijn de theaters in Kyiv open, zij het met vervroegde aanvangstijden in verband met de avondklok en minder publiek om in geval van luchtalarm snel te kunnen evacueren naar veiligere plekken. Voor aanvang van het gala kregen we de waarschuwing om, als het luchtalarm af zou gaan, toevlucht te zoeken in de garderobe onder de toneelzaal. Alleen de parterre was gevuld met bezoekers in deze prachtige operazaal die wel vier balkonringen kent. Die waren nu onwezenlijk leeg. We waren vroeg gearriveerd. Ik trakteerde in het theatercafé mijn schoonouders op een glas Krim-champagne en buterbrodi met zalm en rode kaviaar.

We zullen deze voorstelling niet snel vergeten. Voor de pauze zagen we een scene uit de opera Taras Boelba van de Oekraïense componist Mykola Lysenko (1842-1912). De opera is geïnspireerd op de gelijknamige historische novelle van Nikolaj Gogol (1809-1852). Tegen het decor van een reusachtige tryzoeb of drietand – het nationale symbool van Oekraïne dat Zelensky steevast op zijn groene shirts draagt – zien we hoe de kozakkenleider Taras Boelba onder dramatische muziek en tromgeroffel een rada of kozakkenvergadering bijeenroept om ten strijde te trekken.

'De eend smaakt heerlijk vandaag'

Het legendarische Oekraïense kozakkenverleden is door de oorlog weer helemaal opgeleefd. De symbolen en vlaggen van weleer zie je op legervoertuigen, muurschilderingen en de kleding van mensen. Deze vrijbuiters van de eindeloze Oekraïense steppen kenden vijanden uit alle hoeken: de Polen uit het Westen, de Krim-Tataren uit het zuiden, en de Russische tsaar uit het noorden. Uiteindelijk heeft Catharina de Grote een eind gemaakt aan hun vrijheid door het kozakkenhoofdkwartier op het eiland Chortytsia in de Dnipro te veroveren en vernietigen.

De galavoorstelling werd gelukkig niet verstoord door een luchtalarm en na de pauze voortgezet met een groot koor, dat tegen een decor van beelden van oorlogsgeweld en eindeloze Oekraïense velden liederen zong geïnspireerd op de gedichten van de Oekraïense dichter en dissident Vasyl Stoes (1938-1985). Hij heeft de Goelag niet overleefd. Een tot tranen geroerd publiek zong tenslotte het volkslied mee en ook ik neuriede zachtjes: ‘Nog is Oekraïnes glorie niet vergaan, noch zijn vrijheid.’

Terug van de voorstelling had Izolde thuis voor ons haar geliefde gerecht klaargemaakt: gebakken eend met warme appels. En Anatoli trok natuurlijk een fles wodka open. Ik besefte hoe belangrijk het voor mensen is om tijdens een oorlog zo veel mogelijk door te gaan met dingen die je graag doet. ‘Weg met Poetin! De eend smaakt heerlijk vandaag,’ was een van de vele toasten.

Serry2
Voorstelling ter gelegenheid van een jaar oorlog tegen Oekraïne. Foto Robert Serry.

Het begon met groene mannetjes

Op dezelfde zondag dat Zelenski stilstond bij het ‘jubileum’ van negen jaar Russische bezetting van de Krim, toen ‘groene mannen’ (speciale Russische veiligheidstroepen die geen insignes droegen) het schiereiland bezetten, ontmoette ik Refat Tsjoebarov, de in ballingschap levende leider van de Krim-Tataren. We hadden elkaar voor het laatst negen jaar geleden op de Krim gezien. Ik was destijds door de toenmalige VN Secretaris-Generaal, Ban Ki-moon, daarheen gestuurd als zijn adviseur om met partijen te overleggen en te rapporteren over de gerezen spanningen op het schiereiland.

We kennen elkaar al sinds ik als eerste ambassadeur de Nederlandse ambassade in Kyiv opzette. Ik informeerde naar de Krim-Tataarse bibliotheek, die destijds met Nederlandse steun in Simferopol was heropgericht. In dit bijzondere project werden originele Krim-Tataarse teksten en boeken opgespoord in Russische bibliotheken en heruitgegeven. Nadat Stalin na de Tweede Wereldoorlog niet alleen het hele Krim-Tataarse volk naar de Centraal-Aziatische republieken van de Sovjet-Unie gedeporteerd, maar vrijwel alles dat aan hun bestaan op het schiereiland herinnerde, inclusief boeken, had vernietigd. ‘Die is er nog', antwoordde Tsjoebarov glimlachend, ‘maar staat onder strikte controle van de Russische bezetter.’

Negen jaar geleden was Refat Tsjoebarov een van mijn laatste gesprekspartners in Simferopol voordat Poetins ‘groene mannen’ mij op straat aanhielden en lieten weten dat ze orders hadden ontvangen mij rechtstreeks naar het vliegveld te brengen. Ik weigerde in de zwarte SUV’s te stappen om me te laten deporteren of ontvoeren. Toen ik samen met een collega van de VN wegliep, werden we gevolgd. Een taxi die ik wenkte reed snel door toen de groene mannen op de chauffeur afkwamen. Uiteindelijk vonden we een heenkomen in een café in de Rosa Luxemburg-straat, waar onze gewapende achtervolgers zich voor de ingang posteerden. Even later begon een menigte mensen die zich ook rond het café verzamelde ‘spontaan’ ‘Krim Rossija!’ (De Krim is Russisch) te roepen.

Tot ziens in Bachtsjisarai

Ik ben destijds door Harm Botje voor Vrij Nederland geïnterviewd over mijn precaire situatie op het schiereiland. De Krim-Tataren hebben een belangrijke rol gespeeld om een vrijgeleide voor mij uit het belegerde café naar het vliegveld te arrangeren. We haalden oude herinneringen op: ‘De FSB volgde je natuurlijk overal! Poetin was bezig met een stille machtsgreep. De VN was niet welkom', concludeerde Tsjoebarov.

Hij vertelt hoe sinds de oorlog de Krim-Tataren weer gezien worden als een vijfde colonne op het schiereiland. De repressie is sterk toegenomen en een jonge Krim-Tataarse leider, Nariman Dzjelial, werd in september 2022 tot 17 jaar gevangenisstraf veroordeeld. Hij en andere opgepakte jongemannen zullen hun straf waarschijnlijk ergens in Siberië moeten uitzitten. Opnieuw dreigt voor Krim-Tataren straf en verbanning uit hun geboorteland. Intussen heeft een nieuwe golf van meer dan een miljoen Russische kolonisten zich sinds 2014 op het schiereiland gevestigd.

Toch is Tsjoebarov optimistischer over de toekomst dan vóór 24 februari 2022. Had Zelenski vandaag niet weer verklaard dat de Krim Oekraïens is? Voor de oorlog waren de Westerse sancties tegen de annexatie eigenlijk alleen van symbolische waarde en keek men het liefst weg. Daar lijkt nu een kentering in te komen, aldus Tsjoebarov.

Hij herinnerde mij er ook aan dat het Oekraïense parlement een wet heeft aangenomen waarin de Krim-Tataren binnen Oekraïne de status van ‘inheems volk’ is verleend. Dit geeft hun het recht eigen vertegenwoordigende lichamen op te richten ter bevordering van hun cultuur, onderwijs, taal en kennis. Toen we afscheid namen, zei Tsjoebarov lachend: ‘Tot ziens in Bachtsjisaraj!’ Dit is de oude hoofdstad van de Krim-Tataren op de Krim, waar het paleis destijds is gespaard, naar verluidt omdat Stalin als bijna iedereen in Rusland gesteld was op Poesjkin’s gedicht ‘De tranen van Bachtsjisaraj’.

Serry3
Robert Serry (links) in gesprek met Refat Tsjoebarov.

Dat de Krim-Tataren nooit meer bij Rusland willen horen is begrijpelijk. Toch vrees ik dat de geschiedenis het Krim-Tataarse volk in 2014 opnieuw een ‘slechte kaart’ heeft toebedeeld.

Hoe lang nog?

‘De oorlog zal eindigen waar die is begonnen: op de Krim.’ Samen met zijn Nederlandse collega Wopke Hoekstra sprak de Oekraïense Minister van Buitenlandse Zaken, Dmytro Koeleba, onlangs nog eens de hoop van vrijwel iedere Oekraïner uit. Een herovering van de Krim wordt ook door Westerse militaire experts niet onmogelijk geacht als een Oekraïens tegenoffensief in het zuiden het schiereiland zal weten te isoleren. Maar willen de VS en de belangrijkste Europese bondgenoten dit wel? Of speelt ook hier weer de vrees dat een Russische ‘rode lijn’ dan wordt overschreden met mogelijke nucleaire escalatie in het verschiet?

Heeft het Westen eigenlijk wel een eindstrategie? Het ontbreekt niet aan ferme woorden van Westerse leiders die verklaren dat ze Oekraïne zullen blijven steunen zolang dat nodig is (en dat het aan Oekraïne zelf wordt overgelaten wanneer de oorlog is ‘gewonnen’). Maar intussen verloopt Westerse besluitvorming over zwaardere wapens met een slakkengang en komen die te laat en in te kleine hoeveelheden om Oekraïne op het slagveld in staat te stellen het initiatief weer naar zich toe te trekken. Premier Mark Rutte wekt eerst de suggestie dat Nederland bereid is F-16-gevechtsvliegtuigen te leveren, maar dan blijkt dat het ‘nog vele maanden’ gaat duren voordat besluitvorming hierover mogelijk wordt – begin dan alvast met de opleiding van Oekraïense F-16-piloten!

Als ik op 3 maart de nachttrein uit Kyiv neem na een verblijf van een maand in Oekraïne, zijn die dag twee kritische bruggen rond het oostelijke Bachmoet door het Oekraïense leger opgeblazen. Het Amerikaanse Institute of the Study of War vermoedt dat dit verband houdt met een gecontroleerde Oekraïense terugtrekking uit delen van Bachmoet waarover al maandenlang een felle strijdt woedt.

De Russische verliezen zijn enorm, dus wellicht wordt de Russische verovering van Bachmoet een Pyrrusoverwinning. Maar het Russische leger heeft ook maandenlang de tijd gekregen zich langs de honderden kilometers lange frontlijn in het zuiden in te graven, zodat steeds meer en zwaardere wapens nodig zullen zijn voor een Oekraïense doorbraak. Alleen als de Russische corridor in het zuiden gebroken wordt, dan wint Oekraïne deze oorlog. Hoe langer deze beslissende slag om het zuiden uitblijft, hoe groter de kans dat de oorlog eindigt in een patstelling.

Zo’n patstelling is levensgevaarlijk voor Oekraïne en verlengt het lijden van de bevolking. Ik begrijp de waarschuwingen niet van degenen, waaronder onze eigen Wopke Hoekstra, die zeggen dat de oorlog ‘nog wel jaren’ kan gaan duren. Beseft men dan niet dat de kans dat Poetin in dat geval toch aan het langste eind trekt alleen maar groter wordt?

Dit dagboek is ook gepubliceerd door Vrij Nederland.
vnlogotvoorfb