Poetin kan niet alleen Oekraïne, maar ook Rusland ten gronde richten

De oorlog van het Kremlin tegen Oekraïne is niet alleen een poging om het Oekraïense ‘broedervolk’ politiek en cultureel te vernietigen. Poetin neemt met zijn veldtocht ook het risico dat hij Rusland zelf naar de rand van de afgrond drijft. Omdat de Russische maatschappij zwak is en de politiek te primitief, resteert slechts de hoop op een paleiscoup, zegt Hubert Smeets.

NachoeiOekraïense wegwijzer in Odessa in tekst aangepast aan de oorlog: 'Naar Rusland - ga naar de kloten!' (foto Facebook)

door Hubert Smeets

Een paar weken voor dat hij zijn oorlog begon, zei Poetin over de weigering van Oekraïne om voor hem door de knieën te gaan: “Of je ‘t nu fijn vindt of niet, onderga het maar, schoonheid”. De Russische president hield woord, weten we nu. Toch hebben sommige geopolitieke analisten nog steeds meer aandacht voor de dader dan voor het slachtoffer van de brutaal aangekondigde verkrachting. Alsof de faculteiten Internationale Betrekkingen anno 2022 worden bevolkt door criminologen uit de jaren zeventig. Die vonden daders ook interessanter dan slachtoffers. Alsof Poetins agressie eerder kan worden verklaard door een moeilijke jeugd op het schoolplein dan door imperialistische wraakgevoelens.

Het woord ‘strategie’ komt vaak in deze analyses voor. Meestal gaat het dan om strategieën van vroeger. Over hoe het zo gekomen is. Over wie wat heeft gedaan of nagelaten. Over wie er meer of minder schuldig is. Al deze quasi-Kissingers kijken liever de koe in haar kont dan vooruit. Dat is gevaarlijk. Want nu de Russische veldtocht tegen Oekraïne allesbehalve een snel succes is en Poetin zich ontpopt als Caligula, de waanzinnige Romeinse keizer uit de eerste eeuw na Christus, doemen er kwesties op die veel urgenter zijn. Aan de orde zijn het naakte bestaan van Oekraïne én de toekomst van Rusland.

Antisemitisme

Over zijn oorlogsdoelen heeft Poetin vorige week geen misverstand laten bestaan. Hij wil het buurland “demilitariseren” en “denazificeren”. Oekraïne is een “fascistische vijand”, zei hij donderdag in een vergadering met zijn veiligheidsraad. Concreet is de Russische krijgsmacht daarom bezig met een aanval op de staat en de cultuur van Oekraïne.

De beschieting van de kerncentrale in Zjaporizje was het laatste voorbeeld, althans in de eerste week van maart. De aanval op de universiteit van Charkiv, de tweede stad van Oekraïne, was eerder een uiting van dat doel. De Karazin Universiteit was de alma mater van theoretisch fysicus en Nobelprijswinnaar Lev Landau, een joodse wetenschapper die voor de oorlog ternauwernood was ontsnapt aan de moordmachine van Jozef Stalin.

Het bombardement op de televisietoren in Kiev was eveneens bedoeld om de Oekraïense identiteit kapot te maken. Tsaar Aleksandr II verbood anderhalve eeuw geleden de Oekraïense literatuur, Poetin wilde dat doen met de Oekraïense televisiejournalistiek. Bij deze aanval werd ook het park Babi Jar geraakt. In Babi Jar werden in 1941 meer dan 33.000 Joden vermoord. Een recent vernieuwd monument getuigt van die shoah.

Militaire nevenschade? Kan zijn.

Feit is niettemin dat zich in het Kremlin een antisemitische factie schuilhoudt onder leiding van voormalig premier Dmitri Medvedev, voor wie Oekraïnofobie en Jodenhaat uitingen zijn van het Groot-Russische imperialisme dat nu ten oorlog is getrokken.

Feit is eveneens dat de Russische delegatie, die Poetin naar Belarus heeft gestuurd om te onderhandelen met de Oekraïense, wordt geleid door de ideoloog Vladimir Medinski en niet door een militair of diplomaat. Medinski is de cultuurpaus van Poetins wrok en wraak, zoals Andrej Zjdanov dat was voor Stalin. Een bestand is voor hem niet genoeg. Medinski droomt van een onvoorwaardelijk culturele capitulatie.

Land zonder sociaal kapitaal

Dat de Russische leiding zich schuldig maakt aan oorlogsmisdaden, bedreigt niet alleen veertig Oekraïners in hun bestaan. Met zijn verschroeide aarde-tactiek zet Poetin ook het bestaan van Rusland zelf op het spel. De Russische samenleving is te zwak voor deze oorlog.

Rusland is onder Poetin een maffiastaat geworden. Maffiosi plegen, zoals bekend, niet vreedzaam op te lossen in het niets. Dat er voor Poetin maar twee opties zijn – Stalin worden of horizontaal het Kremlin verlaten – is echter niet het belangrijkste. Ernstiger is het dat Rusland geen krachtige maatschappelijke buffers meer heeft om de staat zelf in tijden van crisis overeind te houden.

Dat is de schuld van de Kremlin-clan. Poetin heeft de instituties van Rusland afgelopen twee decennia verzwakt. Onder het motto ‘ik of de chaos’ heeft hij sinds 2000 elk redelijk alternatief binnen de politieke elite geliquideerd. De Russische bevolking heeft dat in meerderheid geaccepteerd, bang als ze traditioneel is voor een apolitieke maar bloedige volksopstand tegen de macht an sich. Die angst uit zich in de publieke opinie over de oorlog tegen Oekraïne, de critici (22%) en twijfelaars (10%) niet te na gesproken.

De gevolgen hiervan zijn immens: maatschappelijke leegte. Dat is geen nieuw probleem. Rusland kent van oudsher een staat met een centrale leiding aan de top en miljoenen onderdanen onderaan de piramide. Samenwerking van burgers en overheden is altijd buitenissig fenomeen gebleven. Poetin heeft deze ‘verticale macht’ echter geradicaliseerd. Wat er tijdens de perestrojka en daarna aan maatschappelijk middenveld werd opgebouwd, heeft het Kremlin de afgelopen tien jaar willens en wetens vertrapt. Het verbod van het geschiedkundig/mensenrechtengenootschap Memorial, de eerste non-gouvernementele organisatie sinds de Oktoberrevolutie van 1917, stond daarvoor symbool. Dat het kort daarna de oorlog begon, is eveneens symbolisch.

oekraine bombardementenVerwoeste school (foto Facebook)

Vrije boeren versus gehoorzame onderdanen

Deze totalitaire machtsverticaal onderscheidt Oekraïne van Rusland. Oekraïne heeft een geschiedenis van vrije boeren en vrijwillige gevechtsbataljons, van decentrale macht en burgerschap. Wie Kiev controleert, heeft nog niet het hele land in handen. In Moskou daarentegen is een paleiscoup op een paar vierkante kilometer al een goed begin van een machtsgreep over het hele land.

Dat Rusland geen civil society heeft, is bloedlink nu Poetin zich in een alles-of-niets oorlog heeft gestort. De grootste kernmacht ter wereld is een land zonder burgerlijke identiteit, zonder sociaal kapitaal, zonder politiek en dus zonder tastbare alternatieven voor het huidige Russofascisme.

Radicale patriotten in Oekraïne willen dat het ‘Russische vraagstuk’ wordt opgelost. Geef ze eens ongelijk, na eeuwen cultureel paternalisme en militair geweld. Die oplossing is denkbaar als Rusland een echte federatie wordt, en niet alleen in naam zoals nu. Dat kan als de Russische eenheidsstaat zichzelf ontmantelt. Maar voor zo’n democratische stap zijn de meeste Russen te bang. Poetins voorganger Boris Jeltsin heeft het begin jaren negentig geprobeerd. Hij zei tegen de regionale (partij)baronnen: “pak zoveel soevereiniteit als je kunt slikken”. Het pakte averechts uit. Uit de chaos van toen dook Poetin op.

Paleiscoup in primitieve politieke cultuur

Ziehier de paradox. Voor Oekraïners, Witrussen, Europeanen en fatsoenlijke Russen is elke overwinning van Poetin een ondraaglijk vooruitzicht hebben belang dat de man in het Kremlin ten onder gaat. Tegelijkertijd is een kladderadatsch gevaarlijk, voor allen.

De enige schrale troost is dat de Russische politiek zo primitief is dat een paleiscoup van de enge maffiabende tegen de andere wel enigszins denkbaar is. Misschien maakt een groep verstandige Russische generaals nog net op tijd een einde aan de man in het Kremlin.

Dit artikel verscheen eerder in NRC Handelsblad.

Wekelijkse update?

Iedere donderdag uitgelichte artikelen in uw mailbox

Eerst doorlezen? U kunt zich ook later aanmelden via de home pagina.

Als u in uw browser de cookies blokkeert, ziet u deze popup steeds weer. Daarvoor excuus.